Onze vaatwasser begaf het. Op de één of andere, op voor mij volstrekt ondoorgrondelijke wijze, was er water of condens terecht gekomen in het binnenwerk van het apparaat. Daardoor functioneerden de knoppen niet meer, en je hebt gewoon weinig aan zo’n apparaat als je hem niet aan kunt zetten.

De man zou de man niet zijn als hij dat niet zelf zou gaan fixen. Vol goede moed sloopte, eh demonteerde hij de klep van onze afwasmachine en ging aan de slag. Als ik het goed begrepen heb, was het oorspronkelijke probleem betrekkelijk snel opgelost. Vervolgens zag de man zijn kans schoon (let op de woordspeling) om de vaatwasser eens flink op te poetsen.

Of eigenlijk liet hij de hele handel uit elkaar liggen en ging naar bed. Om mij de volgende ochtend doodleuk mee te delen dat we maar een paar dagen met de hand af moesten wassen omdat er wat nieuwe onderdelen moesten komen. Daar was ik, en dan druk ik me voorzichtig uit, niet erg van gecharmeerd.

Ik bedoel, ik heb een baby van tweeënhalve week, en daarnaast een peuter en een kleuter. Ik ben al lang trots als ik die eten weet te geven en ervoor kan zorgen dat ze er soort van fatsoenlijk bijlopen. Ik word al nerveus van het idee van grote stapels afwas op het aanrecht en ik zou echt niet weten wanneer dat dan precies afgewassen zou moeten worden.

Vandaar dat ik volstrekt hormonaal volledig in de stress schoot. Ik ben heul boos geworden en heul hard gaan huilen. Ik geloof dat het punt dat ik het idee van afwassen niet zo zie zitten wel duidelijk werd want nadat de man me, terecht, vierkant uitlachte ging hij er toch mee akkoord om de vuile onderdelen gewoon te poetsen.

Vandaar dat wij op zaterdagavond gezellig samen in de keuken zaten en met een tandenborstel allerlei vuiligheden weg zaten te poetsen*. Volgens mij ben ik hier in huis niet de enige die wat last heeft van de hormonsters…

* Ik moet wel toegeven, het was werkelijk buitengewoon smerig.