En dan bedoel ik niet het ritme van de babydochter of één van de andere twee. Met name dat van de eerste wisselt nog wel eens, maar daar kan ik vrij weinig aan doen.

De babydochter is de laatste weken vroeg wakker, samen met de kleuterzoon. En dan bedoel niet om half zeven ofzo, nee, vijf uur is echt geen uitzondering.

Meestal is mijn tactiek dan om de babydochter een speeltje te geven of terug in slaap te voeden. De kleuterzoon bonjour ik naar beneden en ik hoop dan zelf nog even te kunnen slapen.

Helaas bleek het bepaald onsuccesvol de laatste tijd en ik merkte dat een zeker slaapgebrek steeds prominenter aanwezig was. Daar word ik, en wie wel, bepaald geen leuker mens en/of moeder van en vandaar dat het tijd was voor maatregelen.

Gaat het niet zoals het moet*, dan moet het maar zoals het gaat. 

Heb ik me maar bedacht. En omdat ik de kids echt niet langer kan laten slapen, staan we maar op om het onmogelijke tijdstip. Voor veel mensen vast niet zo’n punt, maar voor mij als rasecht avondmens echt een ding.

De activiteiten van de laatste avonduren verschuif ik maar deels mee naar de vroege ochtend. Brood smeren en stukjes typen krijgen wellicht een hele andere dimensie in de ochtendgloren.

* moet kan wellicht beter worden vervangen door ‘ik wil’, maar dat klinkt aanzienlijk minder goed.

Foto: ze liggen lekker te spelen. Daar ging wel wat teleurstelling van de kleuterzoon aan vooraf, die had bedacht hij wel vast tv kon gaan kijken. Grapjurk.