Op zijn tijd eet ik graag een pizza. Niet de mik-snel-in-de-oven-diepvriesschijf, hoewel ik die ook best weet te waarderen hoor, maar dat is meer vanwege de kleine mate van bewerkelijkheid van die dingen.

Ik bedoel nu echter een lekkere, zelf met goede ingrediënten gevulde pizza. En in mijn geval zijn die ingrediënten een flinke hoeveelheid van wat verschillende soorten kaas. Weinig zo lekker als een pizza ‘quattro formaggi’.

Maar ja, dat deeg maken is nog best een kunst en een klus en bepaald gezond is zo’n maaltijd ook al niet. Vandaar dat het er niet bijzonder vaak van komt een dergelijke pizza in elkaar te flansen en doorgaans moet ik het doen met de diepvriestegenhanger.

Ik werd bij de blauwe grootgrutter echter geïnspireerd. De pizzabodems van bloemkool waren in de bonus en dat vond ik toch wel bijzonder handig. Zo hoefde ik én geen pizzadeeg te fixen én zat er toch nog groente in de maaltijd. Handig.

Derhalve mikte ik tomatensaus en een bergje kaas op de pizzabodems, zette ze in de oven en tien minuten later schoof ik de man en kids verwachtingsvol een pizza onder de neus.

Ze vonden het nog lekker ook. Sterker nog, ze merkten eigenlijk niet echt op dat er iets anders was dan gebruikelijk. Ergens proef je de bloemkool wel hoor, maar zeker niet storend. Lekker zelfs wel. Een blik op de verpakking leert dan ook dat er nog altijd zestig procent tarwebloem in de pizza zit. Maar hé, er zit ook bijna honderd gram groente extra in, dus dat is mooi meegenomen.

Wat mij betreft een succes. Dit gaan we vaker doen!