Doorgaans ben ik volgens mij een redelijk relaxte moeder. Althans, dat probeer ik, want ik denk niet dat het erg bijdraagt aan de zelfredzaamheid van mijn kinderen als ik zo continu vanalles zou verbieden omdat het gevaarlijk is, of ze steeds de hand vast zou houden.

Toegegeven, er zijn zeker uitzonderingen, zo ben ik bijvoorbeeld niet relaxed als het gaat om vasthouden op de trap. De man, die niet gehinderd wordt door allerlei zich zorgen makende vrouwelijke hormonen*, is denk ik zelfs nog een tandje relaxter dan ik. Hij weet dat ze doorgaans niet in zeven sloten tegelijk lopen en ooit heb ik zelfs het gevoel dat het spul iets voorzichtig is als de man in charge is. Dat is trouwens vast een illusie, maar dat dan weer terzijde.

Na deze week tot twee keer toe een hartverzakking te hebben gekregen heb ik me toch even afgevraagd of ik niet iets minder relaxed moet worden.

Ergens deze week tijdens de schoolrun fietste de kleuterdochter een meter of twintig voor me uit. Keurig aan de goede kant van de weg, netjes kijkend naar eventueel overig verkeer. Ze fietste ook langs geparkeerde auto’s en ik kreeg het toch even heel koud toen ze bijna geraakt werd door een auto die achteruit weg wilde rijden. Het ging gelukkig goed, maar dat had echt anders kunnen zijn. En het kind deed werkelijk alles goed. Wat kun je dan nog hè?

Het volgende voorbeeld volgde vandaag. Ik stond met de peuterdochter te wachten op de groepdriezoon die uit school zou komen. De peuterdochter speelde wat op en rond de grote stenen die er liggen. De groepdriezoon kwam naar buiten en wilde bij een vriendje spelen. Ik keek nog naar mijn spelende peutertje en richtte toen misschien een minuut mijn aandacht op de vader van het speelmaatje van de groepdriezoon.

Weg was de peuterdochter. Nu is het nogal druk zo rond dat plein dus ik was niet direct in paniek. Ze was vast net ergens achter aan het spelen. Toen ik haar echt niet zag liep ik maar richting fiets. Goede kans dat ze vast die kant op dwaalde.

Maar de bakfiets was leeg en toen toch bezorgd ging ik snel weer terug naar het plein. Er gingen heel niet relaxte gedachten door mijn hoofd kan ik vertellen en gelukkig zag ik toen een zeer boos kijkende peuterdochter in de armen van een mede-mamma. Ze was me kwijtgeraakt en op het moment dat ze toch wel echt de verkeerde kant op liep had de mede-mamma haar opgepakt om mij te gaan zoeken.

Zo zie je maar weer, it takes a village to raise a child. Wat was ik blij met deze mede-mamma en opgelucht dat ik mijn meisje weer zag.

Terugkijkend was ik aan het denken, moet ik ze dan strakker bij me houden? Ze deden immers beide niet iets fout, en toch kwamen ze in (soort van) gevaarlijke situaties. Maar ik geloof niet dat dat de oplossing is. Met mij dichter in de buurt kan het nog steeds misgaan en ze hebben toch juist mijn vertrouwen nodig om zich te kunnen ontwikkelen.

Een keer diep ademhalen en door dus maar weer. Aardig was trouwens wel om te merken dat ik me niet schuldig voelde over de voorvallen. Heb ik inmiddels toch iets geleerd.


* ik vermoed dat wij vrouwen over het algemeen nog iets voorzichtiger zijn als het aankomt op het gedrag van het nageslacht. Zou dat dan zijn omdat de investering van vrouwen toch bepaald groter is bij het maken van de kids?

Foto: gemaakt door de man in het prehistorisch dorp. Ze passen zo mooi bij het thema beschermen.