De man en de puberzoon hebben er lol in om samen wielrentrips te maken. Ze gingen al een paar keer kijken bij de Amstelgoldrace en combineerden dat met zelf tochtjes fietsen rond de routes waar de profs langskomen.

Toen bleek dat de Tour de France dit jaar begon in het eerste weekend van de zomervakantie en dat in het, niet al te verre, Lille zou zijn, zag de man zijn kans schoon om weer eens een tripje te plannen.

Hij zocht wat hotels, dacht eindeloos na over routes, maakte de puberzoon enthousiast en overtuigde mij om voor taxichauffeur te spelen. Dat deed hij, heel slim, een aantal maanden geleden al zodat ik niet helemaal in de gaten had dat dit de hectiek behoorlijk opvoert.

Vandaar dat wij vrijdagmiddag de kanarie versierden met twee racefietsen en zuidwaarts tuften. In theorie duurt dat ruim twee uur naar Lille, in de praktijk ligt Antwerpen ertussen en kun je er zo anderhalf uur bij optellen.

Maar goed, in de vroege avond arriveerden we dan bij een hotel daar in Lille en zo’n beetje het eerste wat we zagen was dat de man en puberzoon niet de enigen waren in het hotel. De teams van ag2r, picnic/postNL en Alpecin bleken er ook neergestreken. De glimmende ogen van mijn beide heren toen ze dat ontdekten maakten het de trip al waard.

Ik reed vervolgens gelukkig weer vlot naar huis en op zaterdag kwamen er allerlei heerlijke foto’s van de man en puberzoon. Ze hadden een fijne fietsdag en er volgen er als het goed is nog twee.

Toegegeven, het is best een toestand voor een paar dagen fietsen. Maar de herinneringen zijn voor eeuwig. En dus ga ik maandagavond met veel liefde, en waarschijnlijk ook wat mopperend, weer terug door België om het manvolk thuis te brengen.