Gister besloot de man dat we wel weer eens konden gaan zwemmen. Dat doen we niet zo vaak en het weer was te dramatisch om iets buiten te ondernemen. Alleen het vertellen erover leverde een stuiterende peuterzoon op die vanuit zijn pyjama zo zijn zwembroek in wilde springen.

Na het ontbijt raapte ik daarom een berg handdoeken, zwembroeken, bikini, zwemluier, bandjes en waterspeelgoed bij elkaar, we laadden de hele handel in de bakfiets en gingen richting het ir. Ottenbad.

Als we dan eenmaal in zo’n zwembad zijn vraag ik me enerzijds altijd af waarom we het niet vaker doen en anderzijds wat ik er überhaupt doe. De peuterzoon en dreumesdochter vinden het echt heerlijk. Lekker spelen en spetteren in het warme water. Ze worden er echt heel blij van.

 

Alleen vind ik het zelf dus vreselijk. Het is een heel gesleep met spullen, gedoe met kluisjes, veel herrie, oppassen voor mijn lenzen en daarnaast voel ik me altijd vreselijk bekeken in zo’n zwembad. Ik bedoel, niet dat het nou erg is, maar aan mijn buik is goed te zien dat er kinderen hebben gewoond en als ik in bikini ben voel ik me daar dan toch niet zo comfortabel bij.

En dan het weer aankleden na zo’n zwempartij. Wat een ellende. Natte handdoeken, natte vloeren. Al je spullen moeten dan op de één of andere manier droog van kluis naar kleedkamer. Als je pech hebt is er niet eens ruimte in de gezinskleedkamer en moet jezelf en de kids in zo’n minihoje terug in de kleren zien te worstelen.

Het voordeel van zo weinig naar het zwembad gaan is trouwens dat ik het prima vind om er dan ook maar helemaal een feestje van te maken. We lunchten heerlijk met frietjes in het zwembad en kwamen halverwege de middag lekker rozig weer thuis.

Ondanks mijn lange lijst met bezwaren hadden we dus een fijne dag met ons gezinnetje. We namen ons voor om toch iets vaker te gaan zwemmen met de kindjes. Ik ben erg benieuwd wat daar van terecht komt.