De peuterdochter is dus ziek. Ze heeft keelpijn en koorts en is bij tijd en wijlen een heel zielig vogeltje. Op andere momenten is ze grappig genoeg eigenlijk best blij. Dan gaat ze lekker spelen, vertelt met haar schorre stemmetje allerlei verhalen en maakt zelfs gewoon ruzie met haar broer. Het leidt wel tot komische situaties moet ik zeggen. Zo zat ze laat op de avond op mijn schoot te gloeien toen er een opleving kwam. ‘Mamma, de maan is…