Flauw hè, die titel. Ik kon het niet laten… De groepvierzoon begreep in eerste instantie weinig van onze woord grappen rond wad en wat. Maar vond het uiteindelijk toch grappig.

We zijn aangeland in een bepaald noordelijk stuk van ons land en dus konden we mooi gaan kijken bij de Waddenzee. We reden ervoor naar een plaatsje met de prachtige naam Moddergat.

Daar zijn we begonnen met het beklimmen van de dijk en een tijdje uitwaaien bij dat wad. We zagen allerlei mensen op excursie en de man en kids maakten er hun eigen avontuur van. De groepvierzoon had al vrij snel zijn voeten en sandalen geheel onder de modder zitten, alle drie de kids dartelden heerlijk rond in het gebied en ze vonden ook nog krabben. Dode weliswaar, maar toch. Ze moesten in een zakje en mee naar de camping.

Daar stelde de man voor om ze in de vriezer te leggen. Daar moest ik dan weer om lachen. Er is geen haar op mijn hoofd die er aan denkt om daar aan te beginnen. Vraag me niet waarom precies. Maar gebeuren gaat het niet.

Na onze mini-expeditie bezochten we museum ‘t Fiskershúske in Moddergat. Het is een klein museumpje wat een boeiend inkijkje gaf in hoe het een ruime eeuw geleden geweest moest zijn. De groepvierzoon en groepdriedochter keken geboeid rond en stelden ook nog allerlei vragen. Tot zover het educatieve deel.

We besloten om vis te gaan halen en eten bij de vis afslag van Lauwersoog en gingen vervolgens via de supermarkt terug naar de camping. Daar werd nog gezwommen, gedoucht en pizza gegeten. In de pyjama met marshmallows als toetje. Je zou haast denken dat het vakantie is.