Een blik op een weerapp -vroeger luisterde ik nog wel eens naar Erwin Krol ?- leerde mij dat het na een week lekker weer uit zou zijn met de pret. Vandaar dat ik bedacht had om de kindjes mee te nemen naar een speeltuin waar ze niet heel vaak komen. Dan konden ze zich lekker nog even uitleven.

Zo gezegd, zo gedaan. Gewapend met flink wat water, een berg cherrytomaten, een appel, een emmer en een schep en natuurlijk zonnebrand togen wij richting het Philips van Lenneppark. Daar is een leuke kinderboerderij met een heel educatiecentrum, maar dat lieten we mooi links (op de heenweg dan) liggen.

In de speeltuin speelden de kindjes lekker met een coole piratenboot en kletste ik gezellig met een medemamma. Ook werden er allerlei zandtaartjes gebakken en de peuterzoon maakte beslag voor koffie…

 

Na een paar uur spelen hadden we onze portie zon wel weer binnen en gingen we terug huiswaarts. Na een middagje binnen ‘chillen’ laadde ik het hele spul aan het eind van de dag weer in de bakfiets om de man op te gaan halen.

We fietsen vervolgens met zijn allen door naar een pannenkoekenrestaurant tussen Zandoerle en Knegsel (echt, wij wonen gewoon op vakantie) waar ze naar eigen zeggen de beste pannenkoeken van de Kempen hebben. Nu heb ik niet alle pannenkoeken op de Kempen geproefd, maar lekker was het zeker.

Ook niet onbelangrijk, ze hebben er een leuke speeltuin, de dreumesdochter kon er naar eigen zeggen ‘karken aaien’* en in het restaurant is een grote speelhoek. Altijd fijn om dit soort plekken te ontdekken. Ongestoord en ontspannen eten is denk ik wishful thinking met een anderhalfjarige (de peuterzoon vermaakt zich op dit soort plekken echt prima zelf), maar hier ging het echt betrekkelijk goed.

De voorlopig laatste dag zon hebben wij dus goed benut al zeg ik het zelf. Toch hoop ik heel hard dat we snel weer van dit soort lekkere dagen krijgen.

*Ze zegt dan dus ‘varken aaien’, in de praktijk komt dat neer op vanaf een veilige afstand hard ‘karken’ roepen.