Vanochtend stond ik gezellig met de dreumesdochter onder de douche, of beter gezegd, ik stond onder de douche en zij zat in een afwasteil heel hard te spetteren. Ik waste mijn haren en hoorde een nogal onheilspellend geluid. Dan denk je misschien aan de peuterzoon, maar dat was niet het geval, die zat nog lekker in bed tv te kijken.

Nee, ik hoorde een harde piep. En daar bleef het niet bij, de piep herhaalde zich iedere minuut. Serieus?! De man is welgeteld één dag van huis en we krijgen al dat soort fratsen? Ik bedoel, we wonen nu drieënhalf jaar in dit huis en er was nog nooit iets met een rookmelder (behalve dat ze wel eens ongewenst af gaan, maar daar zijn ze in feite voor) en uitgerekend nu wel? En trouwens, ik dacht dat die dingen aan de elektriciteit hingen om dit soort dingen te voorkomen.

Ik ben dus nogal ongeëmancipeerd. Ik heb gewoon geen idee van dit soort kleine technische dingen. Wij hebben hier in huis een nogal klassieke verdeling; ik doe de was, de man de klusjes. Maar goed, de man vroeg mij vandaag of het hier nu maandag was en is dus behalve erg ver weg ook overmand door een jetlag.

Vandaar dat ik zelf op onderzoek ging. Het locatie van de herrie-unit was bepaald gemakkelijk. Het tafereel wat er op volgde vond ik zelf hilarisch. Ik stond op een krukje te worstelen om de rookmelder los te maken, toen dat niet lukte zocht ik maar op hoogte uit wat voor batterij er in moest. Intussen trok de dreumesdochter de schoenenkast leeg en vroeg de peuterzoon geïnteresseerd ‘gaat het, mamma?’ ‘Tuurlijk schat’. En dat allemaal voor negen uur ’s morgens.

Met dank aan een peutervriendje en zijn mamma die we vervolgens in de supermarkt tegenkwamen is het me ook nog gelukt om een nieuwe batterij te kopen (wat zijn die dingen duur!). Eenmaal thuis was het vervangen van de het ding eigenlijk een fluitje van een cent. Hobbel genomen!