Het is alweer ruim een maand geleden dat ik schreef dat ik de somatische afdeling waar ik werkte ging verruilen voor een psychogeriatrische. Ik noemde het een andere tak van sport en ik ben dat nog altijd bijzonder met mezelf eens (evengoed prettig).

Want hoewel adl opzich adl is, vraagt het wassen, aankleden, eventueel wondverzorgen, medicijnen verstrekken etcetera etcetera bij iemand met dementie toch een bepaald andere benadering dan bij iemand die daar niet aan lijdt.

Ik moet zeggen dat ik het tot op heden erg leuk vind, het oefenen met de nieuwe benaderingen. Ik moet wel bekennen dat ik even behoorlijk moest wennen aan het concept dementie. Want hoe je het wendt of keert, dat is toch werkelijk een afgrijselijke aandoening die je echt helemaal niemand gunt.

In de dagelijkse praktijk is vervolgens niet bijzonder zinvol om daar te veel bij stil te staan. Het is wat het is, en het doel is om de bewoners het zo prettig mogelijk te laten hebben. En misschien wel juist door die dementie hoort een beetje gek doen daar geregeld bij.

En ook liedjes zingen, knuffelen, een hand vasthouden, een pop aankleden, André Rieu eindeloos bekijken, driehonderd keer per dag dezelfde vragen beantwoorden, een flauwe mop vertellen en doen of je iets begrijpt zonder dat je ook maar enig idee hebt waar het over gaat.

Naast de hele nieuwe afdeling is het schoolgebeuren ook een nieuwe fase ingegaan. Alles staat nu in het teken van examens. Ik word er een beetje zenuwachtig van inmiddels.

Samengevat valt er de komende maanden in ieder geval genoeg te doen en te leren; aan de bak!