En dan bedoel ik met de naaimachine. Ik schreef vandeweek al over lopende projecten die de neiging hebben eindeloos te blijven liggen als dat apparaat er een rol in zou kunnen spelen.

Na jarenlang structureel ontkennen van het hele concept naaimachine besloot ik twee jaar geleden dat het toch wel potentieel praktisch zou zijn als ik een beetje met zo’n geval overweg zou kunnen. Er bleek nog zo’n apparaat in de familie te zijn, en na een opknapbeurt kon ik aan de slag.

Het duurde niet zo lang, want al vrij snel bleek de bejaarde naaimachine ondanks de opknapbeurt economisch total los. Na wat wikken en wegen besloten we tot de aanschaf van een nieuw exemplaar en ik vervaardigde heel enthousiast een rok, een broekje voor de toen dreumesdochter, en een heuse jurk.

Het suffe is alleen dat, hoe leuk ik het ook vind om allerlei dingen te maken, ik de naaimachine een ingewikkeld apparaat blijf vinden. Iedere keer als ik het ding tevoorschijn haal moet ik bedenken hoe het ook al weer zat met het inrijgen, welke klosjes waar moeten en het soort naald wat er in moet.

Daarnaast kom ik altijd tot de conclusie dat ik eigenlijk net iets netter zou moeten werken voor een optimaal resultaat. Als ik even iets om wil zomen of een hoes in elkaar wil draaien, ben ik te lui om stof netjes te strijken of af te spelden. Het zou echt helpen als ik dat wel zou doen…

We hebben dus een interessante verhouding, mijn Singer Talent (what’s in the name?) en ik. Ik denk dat we potentieel heel goede vrienden zouden kunnen zijn. Maar dat vraagt wel om een investering van mijn kant die ik nog niet altijd op kan brengen.

Inmiddels zijn de projecten die er lagen afgerond en stiekem heb ik me in het hoofd gehaald om het eerste broekje van ons babymeisje een diy-project te laten zijn. Ik ben benieuwd of ik er toe kom.