We zijn nu een paar maanden bezig met de hele werktoestand en inmiddels is wel duidelijk dat we een grote voorkeur hebben ontwikkeld voor avonddiensten. Ik op het werk en de man dan logischerwijs thuis.

Dat is ergens wel begrijpelijk, het is voor ons avondmensen sowieso lastig om ’s morgens in beweging te komen maar toch had het ook anders uit kunnen pakken. Het in slaap vallen van de babydochter ging niet altijd even soepel en dat had de avonden aanzienlijk lastiger kunnen maken.

De bezorgde moeder in mij heeft zich daar toch wel wat zorgen om gemaakt. Het komt uiteindelijk zeker in orde, maar echt fijn gaat het niet weg als je weet dat man en kind een zware avond tegemoet gaan.

De zorgen bleken voor het grootste deel ongegrond, er zijn echt wel een paar lastige avonden geweest maar over het algemeen gaat het prima. De babydochter slaapt bij de man sneller dan ze bij mij doet en ik ben daarom zelfs begonnen aan project ‘slapen in t eigen bedje’ in plaats van drinkend in slaap vallen. Het gaat verrassend goed, opeens is de cosleeper meer dan een idioot groot nachtkastje.

Dat heeft toch ook wel wat, hoewel ik er wel een beetje aan moet wennen. Ik ben bijna soort van blij dat de babydochter een snotneus heeft, dan kan ik haar in ieder geval goed horen.