‘Ja, ga je mee naar het tuincentrum, dat is leuk voor de kindjes’ zo vroeg een vriendin mij vorige week. We konden niet, maar we deden vandaag een herkansing want ik was toch wel buitengewoon benieuwd hoe het mogelijk was dat een tuincentrum bezoeken met kleine kindjes een succes zou worden.

Voor de peuterzoon en dreumesdochter begon het al goed met de reis er naar toe. Ze mochten namelijk mee met de auto. En omdat dat bepaald geen dagelijkse kost is, is dat een feestje opzich.


Eenmaal bij het tuincentrum, zeg maar gerust tuinbeleving, moesten we uiteraard eerst de halve winkel door alvorens we bij het interessante deel kwamen. Behalve heel veel potjes en plantjes zagen we ook tuingereedschap, barbecues en aquariumvissen. Dat vonden beide kindjes bijster interessant.

Vervolgens het deel waarvoor we kwamen. Er was, en ik maak geen grap, een mini-binnenspeeltuin. Compleet met ballenbak en leuke glijbaan. Daarnaast was er ook genoeg gelegenheid om lekker te zitten én prima horeca. In een tuincentrum?!

Nouja, je hoort mij niet klagen hoor. Ik ben wel verbaasd. We waren trouwens bepaald niet de enigen die slechts met het doel de speeltuin te bezoeken kwamen. Ik kreeg echter de indruk dat het tuincentrum dat wel prima vindt. Ik bedoel, anders faciliteer je het niet lijkt me toch?

De kindjes speelden heerlijk en wij van de mamma’s dronken gezellig thee. En hielpen af en toe een handje in het speelgeval. Bij het huiswaarts gaan lette ik nog op of ik toevallig nog lithops (levende steentjes, een soort vetplantjes) zag. Ik ben namelijk al een tijdje voornemens daar een verzameling van aan te leggen maar sinds ik dat bedacht vond ik ze niet meer.

Jammer genoeg zag ik ze ook deze keer niet en zo keerden wij terug naar huis zonder ook maar een tuin- of plantjeselement te kopen. En het was zéér voor herhaling vatbaar.