Het is stralend weer, maar desondanks is het hardloopnajaar gewoon van start gegaan. Nog maar een week, dan is het alweer tijd voor de Dam tot Damloop. Ik schreef me daar samen met de man enthousiast voor in ruim een half jaar geleden, geen rekening houdend met eventuele baby’s in buiken.

Nu hoeft zo’n baby in de buik bepaald geen belemmering zijn om deel te nemen aan een dergelijk hardloopevenement. Sterker nog, zolang het allemaal goed gaat is bewegen in het algemeen en hardlopen in het bijzonder juist een goed idee. En aan mijn conditie hoeft het ook al niet te liggen, ik fietste net een maand rond in Engeland, Schotland en Ierland en dat ging toch ook prima.

De reden dat ik toch wat twijfel om mee te doen zit hem in het feit dat allerlei spieren in mijn lijf op vakantie zijn gegaan sinds ze doorhebben dat er weer een baby gaat komen. Alsof ze dachten ‘oh, een baby, daar zijn wij niet bij nodig, doei!’. Knap waardeloos vind ik, want mijn romp gedraagt zich nu aan het eind van het eerste trimester ongeveer net zo als toen ik dertig weken zwanger was bij de andere twee.

Vandaar dat ik op zondagavond een soort generale repetitie hield. Ik ben vijftien kilometer gaan rennen om eens te zien of dat een beetje te doen was. Conditioneel is het inderdaad echt geen probleem, en als ik maar heel rustig (en dan bedoel ik ook echt met een slakkengangetje) loop, dan wil mijn romp wel meedoen.

Fijn, want het rennen van de ene dam naar de andere is echt een hele leuke bezigheid. De man start iets eerder dan ik en loopt waarschijnlijk zo’n beetje twee keer zo snel, maar daar geef ik dus niets om. Dan moet ie maar een tijdje wachten :). Ik heb er zin in!